maandag 30 april 2012

Verleden tijd

1967. Mevrouw van B. staat voor de klas. Langzaam leest ze de dicteewoorden voor. We oefenen de verleden tijd. Alle kinderen schrijven en schrijven, sommige met het puntje van hun tong tussen hun tanden. 
Hakken-tenen-hakken-tenen. Mevrouw van B. wipt op en neer op haar platte schoenen. Ik ben als eerste klaar en leg mijn pen neer. 
Mevrouw van B. loopt langs de tafels en werpt een blik in de schrijfschriftjes. Ook in het mijne. 'Verleden tijd!' tettert ze opeens boven mijn hoofd. 'Brandde schrijf je dus met twee d's! Maar nee, zegt Marja van Rossum. Ik schrijf 't met één!' 
Mijn wangen branden. Met één d. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten