zondag 19 augustus 2012

Warm hè


De statistieken zullen wel kloppen. Zo warm als vandaag heb ik lang niet meegemaakt. Het voelt raar, met niets te vergelijken. De onderdompeling in een warm bad ligt teveel voor de hand. En het is ook heel anders; in een bad beweeg je nauwelijks, behalve dan om je vingertoppen op rimpels te controleren. Het zou niet onverstandig zijn om je met deze temperaturen ook zo min mogelijk in te spannen. Maar, ja, Beestmans hè. Dus wandelen wij langzaam richting Koningsplein. We proberen de zon zoveel mogelijk te ontlopen. Pietje panda maakt dankbaar gebruik van de schaduw van geparkeerde auto’s. Dat ligt voor mij wat lastiger.
We passeren een stelletje. Surinaamse jongen, zit/hangt op zijn scooter, rank schaars gekleed blond hittepetitje leunt tegen hem aan. Pietje panda kijkt in het voorbijgaan naar hen op. Zijn tong hangt heel ver uit zijn bek. Zij bekijken ons wat meewarig.  ‘Warme hè’, grijns ik.
‘Nou’, reageert de jongen, ‘de mussen vallen bijna van het dak.’ Ik knipper met mijn ogen, knik bevestigend. Wat voor antwoord ik ook had verwacht, niet dit. Spreekwoorden en gezegdes, die zijn toch helemaal uit? De meeste jongeren kennen ze volgens mij helemaal niet.  Mussen zijn er ook nauwelijks hier. Beestmans en ik schuifelen verder. Intrigerend vind ik het. Hoe komt die knul aan zo’n uitspraak?  En waar komt die überhaupt vandaan? 

zondag 12 augustus 2012

Beetje depri?


Creatief schrijven tegen stress en depressie zie ik als ik de kersverse editie van Schrijven magazine opensla. Die viel afgelopen week op de deurmat. Hoewel, niet helemaal; het landde op de afgeplakte tegelvloer vol kalkgruis. Want we verbouwen. Hoewel, niet helemaal;  want het ligt allemaal even stil omdat de aannemer nu vakantie heeft. We wonen na vijf weken ‘nomaden’ weer in ons huis dat best leefbaar is. Hoewel, niet helemaal. En de ene dag ga ik daar gemakkelijker mee om dan de andere. Vandaag was het zo’n andere, dus zat ik aan het eind van de middag met een zere rug en een niet al te beste bui.  Verder lezend zag ik dat uit onderzoeken naar het gezondheidseffect van korte schrijfsessies is gebleken dat creatief schrijven is goed voor je mentale, emotionele en soms ook fysieke gesteldheid. Ha, komt dat even goed uit!
Daar gaat-ie dan... 

Belachelijk dat ik me druk maak om
-      de mand vol knijpers die na vijf weken bedekt zijn met wollige wit-groen-blauwe schimmels
-        een paarse viltstiftstip op de nieuwe blankhouten keukentrolley
-        overal naar toe stuivende korrels piepschuim
-        resten aan de tuinklinkers vastgekleefd isolatiemateriaal (waarvan je weet dat het prikt als je het vastpakt)
-        mijn jurk die achter een schroef haakt
-        de zak met bouwafval die veel zwaarder was dan ik inschatte
-        de Wisteria die naar beneden stortte omdat de tie-wraps het begaven
Maar ja, verbouwen he…

Zo, dat lucht op.

Het volledige artikel vind je op schrijvenonline.org

woensdag 8 augustus 2012

Een woord cadeau

Van zoonlief kreeg ik een woord cadeau:  Kadonder. Het kwam naar voren bij een van zijn online spelfora. Wie of wat is een Kadonder?
Van een zoektochtje digitale woordenboeken werd ik niet wijzer. Intikken op Google leverde almaar een verwijzing op naar een boek over Zeeuwse klederdrachten. Gelukkig ken ik iemand daar in die contreien. Ik gaf haar op mijn beurt het woord  cadeau.
Wat een heerlijke vraag, was haar reactie. Enthousiast ging ze op zoek. De bieb stuurde haar terstond het boek over klederdrachten. Kadonder bleek in het boeiende gezelschap te verkeren van Keutepari. Keutepari? Wat dat wel mag zijn? Geen idee. Wel weet ik nu dat een Kadonder een hoofddeksel is. De cryptische omschrijving in het boek maakt overigens dat je je er van alles bij kunt voorstellen, van bolhoed tot omgekeerde slakom.
En hoewel ik inmiddels - dankzij Co - iets wijzer ben geworden, bekruipt me ook een wat spijtig gevoel. Kadonder en Keutepari, zouden dat geen prachtige  personages zijn voor in een roman? Wie zouden zij zijn, wat maken ze mee? Iemand een idee?